Ik placht in tijden dat het kon en mocht urenlang door de Gentse straten en stegen te verdwalen met het belangrijkste adagio waar een stadsminnend mens moet aan herinnerd worden: ‘Vergeet niet af en toe een keer naar boven te kijken’. Ik weet dat die aanbeveling zelfs voor de winkelwandelstraat Veldstraat geldt, toch niet bepaald het schoolvoorbeeld van een esthetisch rustgevend tafereel. Maar Gent staat vol stadspaleizen. Ze zijn niet allemaal harmonieus bewaard, maar toegegeven, af en toe een keer naar boven kijken heeft al voor verrassingen gezorgd.
En soms, heel soms ontdek je een plek die je niet voor mogelijk hield. Een verborgen paradijs achter weliswaar elegante gevels, die hun geheimen maar mondjesmaat prijsgeven. Romantik B&B The Verhaegen is zo’n plek. Het Hôtel Verhaegen, want dat is de oorspronkelijke benaming, is qua verfijning en design een illustratie van hoe er tijdens de Verlichting in Gent geleefd werd. ‘We spreken dan over de tweede helft van de 18eeeuw’, zegt gastheer Jan Rosseel, die het hotel samen met zijn partner Marc Vergauwe uitbaat. ‘Het werd gebouwd in opdracht van graaf Pierre Emmanuel d’Haene, Heer van Leeuwerghem, op een plaats waar al gebouwen uit de 16eeeuw stonden.’
Het stuk grond was eigendom van d’Haenes echtgenote Colette-Thérèse de la Vilette. Zij startten de transformatie van het Hôtel en maakten er een historisch juweel van zoals we het vandaag eigenlijk nog altijd kennen. Met elegant stucwerk in de ingang, Chinese salons met uniek Chinees behangpapier en supraportes in het Grand Salon. ‘Eigenlijk was niets goed genoeg voor de inrichting en decoratie van het gebouw’, lacht Jan.
Na meer dan 150 jaar leverde de familie van Baron Verhaegen het quasi intacte gebouw over aan Marc Vergauwe en Jan Rosseel
Pierre Emmanuel d’Haene verkocht het hotel, dat toen nog niet de functie had van wat een hotel vandaag is, al in 1766. Hij had zijn oog laten vallen op een locatie in de eerdergenoemde Veldstraat en bouwde er het Hôtel d’Haene-Steenhuyse. Je weet wel, het stadspaleis waarvan ik je eerder al vroeg wat langer te blijven stilstaan de volgende keer als je een overjas of pantalon gaat kopen.
Het gebouw aan de Oude Houtlei veranderde de volgende decennia nog een aantal keer van eigenaar en rond 1850 kwam het in handen van Jules-Clément Lammens, wiens schoonzoon Arthur Verhaegen was, op zijn beurt de kleinzoon van Pierre-Théodore Verhaegen, de stichter van de ULB. Na meer dan 150 jaar leverde de familie van Baron Verhaegen het quasi intacte gebouw over aan Marc Vergauwe en Jan Rosseel, die er vandaag mensen ontvangen die je in het Engels alleen maar ‘discerning guests’ kunt noemen. ‘Eigenlijk hebben we een heel verscheiden publiek’, vertelt Jan. ‘Ja, er komen uiteraard veel kunstliefhebbers overnachten. We hebben een grote schare fans in Amsterdam. Maar er zijn best wel wat jonge stelletjes. Of een koppel dat een dertigste huwelijksverjaardag viert.’
De speciale aantrekkingskracht van The Verhaegen? Ongetwijfeld de vele échte antieke meubelen die Jan en Marc perfect uitspelen
Jan en Marc zijn beiden zelf binnenhuisarchitecten. Zij restaureerden Hôtel Verhaegen met charme en liefde, en brachten er een intieme, exclusieve B&B in onder. De Suite Années ’40 heeft een apart salon met moderne rode wandtapijten en rijkelijke overgordijnen. The Cosy Room werd warm en in aardse kleuren aangekleed, waardoor zij eigentijds en elegant oogt. De badkamer beschikt over een comfortabel duobad. Paola’s Room is gedurfd fuchsia met een witte lambrisering en een sixties affiche van pasta. Jan en Marc spreken over een “verfrissende spanning”. La Chambre des Amoureux ten slotte doet wat het zegt, door warme stofferingen, waardevolle antieke meubelen en een toets moderne kunst romantische gasten aantrekken.
De speciale aantrekkingskracht van The Verhaegen? Ongetwijfeld de vele échte antieke meubelen die Jan en Marc perfect uitspelen tegen soms subtiele, soms wat meer gedurfde elementen van eigentijdse kunst. Daardoor overnacht je in een plek die zijn gelijke niet kent.
Jan en Marc geven nog een paar tips. ‘Wij bevinden ons eigenlijk op Linkeroever, een jonge en sympathieke buurt tussen de St. Lucas Hogeschool en de Leie. Het is een wijk met mode- en designboetiekjes. Het Designmuseum is de moeite waard, en de boetiekjes in de Jan Breydelstraat vind ik ook een must.’
‘Ik nodig iedereen uit om in de straten te verdwalen, zoals een mens ook in Venetië moet doen als hij onontgonnen paden wil ontdekken. Verder wil ik het stadspaleis d’Haene-Steenhuyze in de Veldstraat toch nog een keer vermelden. Ik denk dat maar weinig wandelaars beseffen dat de Franse koning Lodewijk XVIII daar enkele maanden heeft verbleven.’
‘Als restaurant willen we je Het Lepelblad aanraden. Eigenares en chef Tina is ook de auteur van het kookboek ’t Felt. Dit is voor ons een van de beste tafels van de stad. Heerlijk bio en 100% homemade. Een mix van een genereuze grootmoeders keuken en meer eigentijdse mediterrane en Indiase invloeden.’
‘En tot slot is het mosterdfabriekje van Ferdinand Tierenteyn aan de Groentemarkt nog steeds heerlijk authentiek. Wat een mooi winkeltje! Helemaal uit de allereerste jaren van de negentiende eeuw. De ambachtelijke mosterd is het geheim van gastronomische restaurants over het hele land, en kun je alleen hier krijgen. Daarnaast hebben ze nog 5.000 verschillende specerijen. Nog veel specialer dan Fauchon en Hediard tezamen. Je hoeft helemaal niet naar Parijs om bijzondere dingen te beleven.’
Romantik Hotel The Verhaegen, info en reserveringen via deze link
Oude Houtlei 110
9000 Gent