Bij valavond glip ik vaak nog even het huis uit, voor een wandeling in onze wijk – een mens moet iets doen om in deze tijden een zeker geestelijk evenwicht te bewaren. Op mijn ronde kan ik er onmogelijk naast kijken dat het bijna kerstmis is. Amerikanen hebben sowieso aanleg om te overdrijven, maar dit jaar lijken veel van onze buren nog een tandje bij te steken qua kerstdecoratie. Het is een uitbundig spektakel van lichtjes, linten en slingers en opblaasbare sneeuw- en kerstmannen. Misschien is iedereen zo opgelucht dat 2020 bijna voorbij is en is deze over-the-top kerstdecoratie een manier om dat te vieren. Door de ramen zie ik in woonkamers de grootste en mooiste kerstbomen. En bij twee verschillende buren ontwaar ik in een bureau of living een ringlamp op statief. Ik denk niet dat in onze gezapige straat veel hippe Youtube-sterren of Tiktokkers wonen die zich alleen professioneel belicht aan de wereld laten zien. Nee, zo’n lamp – en allerlei varianten – is dit jaar een kantooraccessoire geworden voor wie van thuis uit werkt en vaak online moet vergaderen.
De eerste vaccins zijn toegediend, ook hier in Michigan, en Trump is eindelijk, eindelijk, eindelijk op weg naar de uitgang
Wat een raar jaar is het geweest! Dat ik het adjectief raar kan gebruiken is een luxe. Ik ben nog niet ziek geweest, heb geen familie verloren en kan werken. Elke dag lees en hoor ik over volle ziekenhuizen, jobs die verdwijnen en lange rijen aan de voedselbanken. Maar vandaag is er wat perspectief in het nieuws: de eerste vaccins zijn toegediend, ook hier in Michigan, en Trump is eindelijk, eindelijk, eindelijk op weg naar de uitgang.
Maar een raar jaar dus, of beter, een jaar vol onverwachte wendingen. Begin maart kon ik mij niet voorstellen dat ik enkele weken later nooit meer zonder mondmasker de deur zou uitgaan, dat ons huis een soort co-workingkantoor zou worden waarin ouders en kinderen zo goed en zo kwaad mogelijk proberen om elkaars Zoomklassen of -meetings niet te doorkruisen en dat mijn wederhelft zich zou ontpoppen tot een niet onverdienstelijke amateurkapper.
Als er verder iets positiefs uit de crisis komt, dan is het zeker dat veel Amerikaanse steden de terrascultuur omarmd hebben, nu outdoor dining vaak de enige legale optie is. In Ann Arbor en Detroit had je al restaurants met een terras, maar om de zwaar getroffen sector te steunen, werden de regels om terrassen uit te breiden en in het weekend stukken straat af te zetten, versoepeld. Nu het hier wintert, zoeken bars en eethuizen creatieve oplossingen. Zo kan je met je bubbel een glas drinken of gaan eten in een van de iglotenten of mini-serres, warm gehouden door terrasverwarmers. Het Foundation Hotel in Detroit omzeilde elegant het verbod om binnen in hun restaurant te eten door een 15-tal kamers om te bouwen tot privé eetkamers waar je met maximum 6 mensen terecht kan.
Ook de keuze aan afhaalmenu’s is exponentieel gestegen en je kan er nu zelfs cocktails-to-go (of bier of wijn) bij bestellen, wat tevoren meestal niet kon.
Ik volgde via Zoom pilatesles in Herent en ga straks naar een boekvoorstelling in Brussel
Een andere onverwachte wending is dat ik, hoewel ik na maart Michigan niet meer uit geweest ben, toch beter kon aansluiten bij gebeurtenissen in België. Ik volgde via Zoom pilatesles in Herent, vond het troostend om via livestream een begrafenis bij te kunnen wonen en ga straks naar een boekvoorstelling in Brussel.
Dat we niet naar België vliegen voor de kerstdagen en zo ver wonen, maakt dit jaar weinig uit. Mijn broers en zus in Antwerpen en Gent, mijn ouders in Wevelgem en nog een broer in San Diego, we zullen ons kerstfeest samen vieren, elk van thuis uit, via Zoom. Alleen zal het voor onze Californiërs nog wat vroeg in de ochtend zijn om mee te aperitieven.
Natuurlijk verlang ik naar een normalisering, of hoe je dat ook moet noemen, van ons leven. Ik mis mijn tochten door Detroit en hou mijn hart vast als ik denk aan de impact van de coronacrisis op deze stad die nog maar net uit heel moeilijke jaren overeind kwam gekrabbeld.
Ik kijk er naar uit om terug een keer zorgeloos op de Amtrak te stappen, richting Chicago te treinen en dan eindelijk de al zo lang geplande doorsteek naar Milwaukee te doen. In mijn hoofd zitten nog 101 roadtrips, maar Covid-19 zal toch echt helemaal weg moeten zijn voor ik mij in, pakweg, virusontkennend South Dakota waag.
Ik hoop dat mijn tienerkinderen over enkele maanden hun virtuele klas kunnen inruilen voor de bakstenen versie, ze missen het rondhangen op de campus en de live interactie met klasgenoten.
Vandaag heeft het gesneeuwd en rond deze tijd is school bijna uit, vallen vergaderingen stil en kunnen deadlines even wachten. Zo gaan we hier 2021 tegemoet, onder ons, met een kerstboom en enkele cadeautjes, niet met grote wish- of bucketlists. Een gewoon jaar zal al fijn zijn.