Het leven dat zich aan de andere kant van het raam afspeelt, is dat van een doofstomme film die iemand in technicolor heeft ingekleurd. Ik verwacht dat de buurvrouw straks in slow motion uit haar deur stapt en trage, behoedzame bewegingen maakt die zij in een tai-chi film heeft gezien. Zelfs de kat ligt zich laveloos schoon te likken in een morzel zand die het langzaamaan wint van het nog ontwakende grasperk. Twee hommels maken stennis om een handvol margrietjes en ik vraag me af of je daar kamillethee zou kunnen van maken.
Wanneer ik het venster open, is alles wat ik hoor een roekoeënde duif en de echo van de kinderen uit nummer 19 die alweer een nieuwe beer hebben gespot. Er vliegen geen vliegtuigen meer over, en ons huis ligt nochtans pal onder de aanvliegroute van Londen Heathrow. De lucht is vlekkeloos blauw, al is het maar omdat ik het woord spoorloos in deze context des Guten zuviel vind.
Priscila zegt dat zij de tuinbanken gaat schoonmaken, en ik zie hoe ze traag een okergele spons in het zeepsop duwt. Het is haar eigen, louterende ritueel waarmee ze nu al een aantal dagen aan de slag is. Na de wachtdienst in het ziekenhuis neemt ze een lange douche, waarna ze hete, sterke koffie drinkt, een aflevering van La Casa de Papel bekijkt en met het insoppen van tuinmeubels begint. Ik vind het goed zo. Het leven mag een paar toonladders lager zingen. Misschien moeten we met z’n allen bewust trager handelen. Het aantal lepels koffiegruis tellen. De bladzijden van de ochtendkrant omdraaien alsof je bladgoud aan het ritselen bent. Een mindful stortbad, zou dat bestaan?
Het is gek om zien hoe mensen die precies op dit moment afstand moeten nemen van elkaar nog nooit zo dicht met elkaar verbonden zijn geweest
Het is gek om zien hoe mensen die precies op dit moment afstand moeten nemen van elkaar nog nooit zo dicht met elkaar verbonden zijn geweest, lees ik in een schriftje waar ik de voorbije weken random kattebelletjes noteer. Er zijn zoveel initiatieven om anderen belangeloos te helpen dat je straks een superintendant nodig hebt om die allemaal nog de baas te kunnen. Ik stel Marc Van Ranst voor, die in een roestbruine trui de rustige vastheid uitstraalt die een mens in een beetje crisis nodig heeft. Marc moet straks bepalen welke artsen recht hebben op een flesje kombucha, en welke het met een doosje merci moeten stellen. Lekkende mondmaskers worden volgende zomer op het strand van Oostende en masse verbrand, waarna de topviroloog als hogepriester Tomorrowland Beach in gang draait.
Humor houdt me recht in deze dagen van vreemde quarantaine, waarop ik mij gehandschoend naar de bakker begeef, om onduidelijke redenen mijn beste wijn uit de kast haal en vaststel hoe gelukkig mijn partner wordt van het heftig inzepen van een tuinstel dat een winterlang stof heeft staan vergaren in het tuinhuis met het golfplaten dak. Ik ben zeker waar een stuk prikkelbaarder dan anders en probeer me terug te trekken wanneer ik daar de behoefte toe voel. Dat verplicht samenhokken heeft vreemde bijwerkingen als je zo op elkaars lip moet leven. Het is niet voor niets dat men een vakantie van veertien dagen de ultieme relatietest noemt.
Er zal een enorme vraag zijn naar plekken waar de perceptie van afwezigheid bestaat
En toch moet ik in deze periode meer dan anders aan de singles denken, die eenzaam en klankbordloos de storm moeten doorstaan. Ik weet wel zeker dat ik tien echtelijke ruzies om een slecht uitgeknepen tube tandpasta verkies boven de funeste en woekerende eenzaamheid die je als een wurgslang bekruipt. Zelfs een ketel spaghettisaus aan de deur gaan zetten kan dat drukkende gevoel niet wegnemen, vrees ik. Het is een maatschappelijke groep die, jong of oud, vergeten wordt in statistieken met curves en pieken. Laten we dat rechtzetten en meenemen in onze plannen voor psychologische bijstand, een onmetelijke taak die er straks aankomt.
Her en der worden ook weer vakantieplannen gemaakt. Dat is goed. Het toerisme zal een van de laatste sectoren zijn die weer actief worden. Tegen dan leven we in een andere reiswereld. Dat zouden zelfs touroperators, reisagenten en boekingswebsites zich moeten realiseren. Luchtvaartmaatschappijen zullen overheidssteun nodig hebben om 2020 te overbruggen. Maar toerisme is niet dood. Het heeft de pauzeknop ingedrukt. En straks wordt er op rewind gehamerd. Er zal een enorme vraag zijn naar plekken waar de perceptie van afwezigheid bestaat. Vakantiewoningen. Dichtbijvakanties. Boetiekhotels. De bergen. De natuur in het hoge noorden. De snelheid waarmee reisorganisaties zich dit jaar zullen weten aan te passen, zullen bepalend zijn voor hun toekomst. In de tussentijd ademen we diep en blijven we vechten. Vanuit ons kot. En vanuit de tuin, die wanneer ik dit schrijf intens groen kleurt. De paardenbloemen groeien welig tussen het gras, een steil opgaande curve waarvan de piek nog lang niet is bereikt.
Toni De Coninck
Hoofdredacteur